Nr. 31 september - oktober 2008

Redactioneel: Champagne in het buitenland

Op het zonovergoten bordes van de schouwburg staat Jan Fabre te gniffelen met Anne Teresa De Keersmaeker, terwijl even verder Jan Goossens van de KVS begroet wordt door zakelijk directeur Roger Christmann van het Kunstenfestivaldesarts. Kristel Marcoen, hoofd externe relaties van het Toneelhuis, zoent met de nieuwe directeur Emmanuel Demarcy-Mota van het Parijse Théâtre de la Ville, die op zijn beurt Tom Lanoye een hand komt geven. Myriam De Clopper, zowat deSingel in persoon, overschouwt het geheel en ziet dat het goed is. Dat het goed is dat hier geen bom viel, of dat ons hele Vlaamse podiumkunstenveld voor jaren onthoofd zou zijn. 

 

'Belgische' poëzie uit 'België'

Vorig jaar verscheen de langverwachte bloemlezing van Liliane Wouters en Yves Namur Poètes aujourd'hui. Un panorama de la poésie francophone de Belgique. Het boek bundelt gedichten van alle nog levende Franstalige dichters uit België (inclusief Vlaanderen, want er is nog steeds een niet onbelangrijk aantal Vlamingen dat in het Frans actief is, gaande van Frans De Haes tot Elke De Rycke), ongeacht de strekking die ze vertegenwoordigen of hun leeftijd. De presentatie van het volume is chronologisch. De bloemlezing begint met Henri Bauchau (1913), allicht beter bekend als romancier dan als dichter, en eindigt met Pascal Leclercq (1975), wat lijkt te suggereren dat er in de huidige generatie geen wonderkinderen rondlopen zoals Eugène Satizkaya, die in 1972 op 17-jarige leeftijd een opgemerkt internationaal debuut maakte met Mongolie plaine sale. Ook hij zal echter later vooral als romanschrijver bij het grote publiek bekend worden.

Het gaas van de taalgrens

De Waalse rock leeft. Nauwelijks enkele maanden na het puike debuutalbum van The Tellers laat ook de tweede langspeler van Girls in Hawaii horen dat er in Wallonië popmuziek gemaakt wordt die een gewest- en landoverschrijdend publiek verdient. Maar hoe zit het met andere alternatieve bands uit Franstalig België? Zijn Girls in Hawaii en The Tellers toevalstreffers? Of houdt de taalgrens de beide landsdelen als een soort gaas bij elkaar vandaan?

 

Slachten met een smile

Al twintig jaar houdt Ensemble Leporello zich op in de broeierige marges van het theaterlandschap, maar nu heeft de Brusselse groep een productie vast die het waard is om vol in de schijnwerpers van de grote zalen te staan. Vier seizoenen op rij hebben Dirk Opstaele en de zijnen aan Macbethbranding gepuzzeld, geschrapt en weer bijgeschreven. Resultaat is een des te rijper magnum opus.

 

Vergeet die subsidies, denk vrij!

Hoe meer taboes er op scène sneuvelen, hoe minder er soms in de coulissen benoemd worden. Een van de hardnekkigste taboewoorden in de Vlaamse podiumkunsten is zeker 'commercialisering'. Subsidies zijn heilig, en wee diegene die iets anders durft te opperen. Na onze rondetafel met vijf tenoren en experts over de noodzaak van 'vrij denken' weten we beter. 'Er is dringend een mentaliteitswijziging nodig!'

Funksjoneel naakt

Het was mijn eigen kleine geheimpje. In de laatste jaren van mijn humaniora was ik verslingerd aan de VPRO-serie We zijn weer thuis, een dramady over de belevenissen van de weduwe Nel van der Hoed-Smulders en haar drie volwassen zonen. Deze reeks na vijftien jaar opnieuw bekijken, is getroffen worden door het soort televisie dat we hebben verloren. Het kabelvoer is vandaag van top tot teen high concept. Zelfs de platste banaliteit wordt ons met de glans en gladheid van een perfect vormgegeven leegte door de strot geramd. We zijn weer thuis dateert uit een tijd toen er nog werd geknutseld, gezocht en geëxperimenteerd op de buis. In één beweging door haalde de tegendraadse humor van de reeks bovendien de mode van de postmoderne ironie onderuit om er zowaar iets leuks van te maken.

 

Le nouveau sexisme est arrivé

De nieuwe biografie van Anna Nicole Smith, Une chic fille, leek een doos van Pandora: een vreemd fenomeen op zich, schijnbaar onschuldig, maar eenmaal open een doos vol vuile ontdekkingen. Maar laten we niet vooruitlopen - u bent waarschijnlijk al blijven steken bij de Anna Nicole Wiedattum-ook-alweer? En het begon ook bij mij allemaal met naïeve verwondering: als een deus ex machina belandde het boek op mijn bureau.

 

Europa transit terminal

De films van de Oostenrijkse cineast Ulrich Seidl zijn geen publiekstrekkers. Daarvoor liggen ze iets te zwaar op de maag. In Brugge mocht zijn nieuwste film Import/Export (2007) zeven vertoningen genieten, waarvan de meeste waren weggestopt in de laatavondprogrammatie. Ik was aanwezig bij vertoning nummer drie. Er zaten nog vier andere mensen in de zaal, van wie één medewerker van de bioscoop. De afwezigen hadden niet zozeer ongelijk. Ze hadden een slecht geweten.

 

Circustheater

Een pikzwarte scène. Kinderlijke verwachting en ongeduldig gewriemel op de overvolle tribune. Ook al ruikt het Volkshuis van Sint-Gillis niet naar zagemeel of zwetende paarden, toch wanen wij, toeschouwers van het jaarlijkse circusfestival Pistes de Lancement, ons voor even onder het gezellige zeil van een circustent. Alle blikken gericht op wat moet komen: Fantôm (2007), een intieme en lichamelijke circustheatervoorstelling die de tragiek van onze hedendaagse instabiliteit verhaalt. In een wereld die steeds groter en anoniemer wordt, in een theaterlandschap dat steeds vaker neigt naar spektakel en entertainment, bewijst de Franse compagnie Entropie dat het circustheater een grote troef heeft aan zijn kleinschaligheid en zijn intieme communicatie.

 

Kneedbare cinema

Interessanter nog dan de vraag of het recent uitgebrachte The Fall (Tarsem Singh, 2006) een goede film is, is de vraag waarom critici er zo moeilijk raad mee weten. Jan Pieter Ekker was in de Volkskrant tamelijk positief over de bombastische film vanwege zijn overdonderende beeldenstroom, maar eindigde zijn recensie met twijfel. Tarsems film is 'misschien ook wel een tikkeltje leeg. Maar dat besef komt pas lang nadat de film is afgelopen en je je verwonderd afvraagt waar je nu precies naar hebt zitten kijken.'1 In De Filmkrant vergelijkt Ronald Rovers The Fall met pover ontvangen films als Southland Tales (Richard Kelly, 2006) en The Fountain (Darren Aronofsky, 2006). Zijn deze films te beschouwen als junkfood of, zo oppert Rovers, zijn ze stiekem iets nieuws aan het doen?2

 

Verbeelding als vluchtweg

Het gordijn schuift opzij. Je brengt een hand naar je ogen. Licht verblindt. Stemmen. Er zijn mensen. Je hoort stemmen. Je doet een stap naar voren. Je ziet niemand, nog niet, maar je hoort mensen. Harder nu dan net. Nog een stap. Je ogen raken gewend. De gezichten op de eerste rij worden herkenbaar. Je test de microfoon met twee droge tikken. De fluittoon van de feedback. Weer twee tikken. Je begint een gedicht: 'You there! Thou bird of the golden wing: how happily would you fit into my nest. You there! … You there! … You people of the planet earth forget yesterday and sorrow fly away with me to my ever living world of tomorrow.'

 

That's all I can take off living in the present

Madonna en Prince vierden deze zomer hun vijftigste verjaardag. Tom Van de Voorde surfte naar de States op zoek naar het mysterieuze 'het' dat de popmuziek sinds jaar en dag haar aura verleent. Hij schudde de kraaienpootjes van zijn vroegere pophelden, telde hun rimpels en keek diep in de ogen van de popgeschiedenis.

Q is kut for you

Beste Sven Ornelis,

Al een hele tijd presenteert u samen met uw maatje Erwin Deckers een programma op de radio. Het foute uur heet dat programma. Omdat ook u recht hebt op juiste informatie, laat ik u bij deze even weten dat Het foute uur een verfoeilijk kutprogramma is.