Nr. 25 september - oktober 2007

Redactioneel: www.rektoverso.be

Zichzelf te veel bestoefen is niet alleen gevaarlijk, het is ook niet echt sympathiek. Dat weet iedereen allang. Wij dus ook. En toch moeten we deze keer onszelf eens bestoefen, heel even maar. Want we zijn trots, en geen klein beetje. Surf maar eens naar www.rektoverso.be en u weet meteen waarom. Maandenlang hebben we eraan gewerkt en nu is hij klaar: de nieuwe website van rekto:verso is een feit.

 

De kunst van het vervelen

Verveling lijkt wel de rode draad doorheen het werk van de jonge, Vlaamse kunstenaar Ruben Kindermans (°1981). Dat levert - hoe paradoxaal het ook mag klinken - fascinerend werk op. In tegenstelling tot bij andere kunstenaars, is verveling niet het onbedoelde effect dat het werk bij de toeschouwer teweegbrengt, maar een sturend principe. Het is een metafoor voor de malaise die onze consumptiemaatschappij in een verlammende greep houdt, een uitwas van een generatie verwende kinderen met een teveel aan vrije tijd. De manier waarop Kindermans die verveling gestalte geeft en probeert te verhelpen, vormt de basis van zijn kunst.

Auschwitz is geen Europese hoofdstad

Ik weet wel waar ik naartoe ga, denk ik, maar niet waar ik vandaan kom. Uit Brussel? Uit Vlaanderen? Uit België? Hoe maak je zoiets duidelijk aan een buitenlander? Maakt het die buitenlander wat uit? Zoveel is zeker: ik ga naar Kopenhagen. Dat is de hoofdstad van de Denen, toch? Ik bezoek er Nina, een theatermaakster die ik een goede maand eerder in Mülheim (an der Ruhr) heb ontmoet. We maakten er samen deel uit van een groepje theatermensen dat door het Goethe Institut was uitgenodigd om een aantal voorstellingen te zien. Parallel waren er gesprekken, informatiesessies, informele ontmoetingen,… met mensen die je vaak nooit meer terugziet. Een moment uit het leven van wie in de internationale podiumkunsten werkt, kortom.

 

Een geschrikte komedie

Dat de Vlaamse filmkritiek in de lappenmand ligt, is geen nieuws meer. Ze valt samen met flinterdunne recensietjes die driekwart verhaaltje kopiëren, drie adjectieven aan de vorm wijden en dan snel oordelen of u moet gaan kijken of niet. Dat kijken zelf krijgt intussen drie keer zoveel aandacht: Harry Potter de zoveelste breekt alle records, en die en die bekende Vlamingen vinden dit en dat van The Simpsons. Ligt het misschien aan bloedarmoede in de cinema zelf? In elk geval niet aan de laatste Lars von Trier. Die blijkt een stuk subversiever dan de luchtige kritiek laat uitschijnen.

 

Op grootmoeders wijze?

Vooral in het jeugdtheater duiken er elk seizoen weer een paar op: voorstellingen over 'oudjes' die weer kind lijken geworden. We gaan daar zo makkelijk over. Bomma van HETPALEIS en Hoe oma plots verdween van Larf! en Sermoen Theatermakers pakten het onlangs een stuk subtieler aan, maar dat maakt de vraag alleen boeiender. Hoe gaan kunstenaars in tijden van 'vergrijzing' om met de verbeelding van hoge ouderdom, en met de maatschappelijke clichés erover?

Kunst als kennis

Er zijn nog zekerheden in het leven. Na een windstille periode van enkele weken vangt rond deze tijd het academiejaar weer aan. Tweede zittijd, deliberaties en toegangsproeven zijn nog bezig of net achter de rug. In het hoger kunstonderwijs maakt men zich op om de komende maanden weer te onderwijzen en ... te 'onderzoeken'. Het eerste is al eeuwen een evidentie, het tweede niet. De decretale verplichting voor hogescholen om, in het kader van hun academisering, aan wetenschappelijk onderzoek te doen, is al enkele jaren oud maar is in het kunstonderwijs niet zonder slag of stoot aanvaard, laat staan geïmplementeerd.

 

Dialoog van woorden en noten

Het Leuvense muziektheatergezelschap Braakland/ZheBilding gaat intussen al tien jaar zijn eigenzinnige weg. Ingrediënten? Een subtiel samenspel van woorden en noten, in een uitgekiende dialoog tussen muziek en theater. Producties als koortsthermometers tussen de niet altijd even rozige billen van de tijd. En microfoons - veel microfoons. Hoe maakt Braakland van muziektheater méér dan een simpel sommetje?

 

De noodzaak van eigenheid

Twee Japanse voorstellingen zorgden tijdens het laatste KunstenFestivaldesArts (KFDA) voor de oosterse noot in de bezinning rond het centrale thema: de grootstad als nucleus van de kosmopolitische samenleving. Kijken Hiroaki Umeda en Toshiki Okada daar anders tegenaan dan hun collega's hier in het Westen? En hoe kijken wij terug? Maken de verschillen nog een globaal verschil?

 

The Joy of Sacks

Vorige herfst verschenen in de VS heel wat recensies van de nieuwe roman van Richard Powers. Steevast werd de auteur na enkele zinnen beschreven met het woord brainy. En jawel, Powers is 'slim → knap, intelligent' (Van Dale Engels-Nederlands), maar de enigszins negatieve woordkeuze was helaas ook ingegeven door de toenemende behoefte van wijsneuzen uit het Amerikaanse boekbedrijf om het publiek te waarschuwen voor de zogezegde moeilijkheidsgraad van zijn boeken. Heb je geen zin voor een inspanning, zo heette het bijna expliciet, lees De echomaker dan niet.
 

Madame est assouvie

De problemen met Pascale Ferrans Lady Chatterley (2006) kondigen zich onvermoed reeds tijdens de openingstitels aan. We lezen dat de film gebaseerd is op de tweede versie van D.H. Lawrence' roman, en wel de Franse vertaling daarvan onder de titel Lady Chatterley et l'homme des bois. Het vergt een Frans soort cerebraliteit om de mythisch klinkende titel van Lawrence' roman met zo'n letterlijkheid te vertalen.

 

Une f(r)iction française

De Franse literatuur krijgt het dezer dagen internationaal hard te verduren. Telkens weer hoor je dezelfde klaagzangen: overvleugeld door de Angelsaksische dominantie, gebrek aan vernieuwingsdrang of vitalisme en een te grote zelfgenoegzaamheid. Nederlandstalige uitgevers worden intussen steeds zuiniger met vertalingen van aankomende Franse schrijvers. Liggen de Franse letteren op apegapen? Toch niet. Er staat een klad veelbelovende Franse schrijvers te dringen om het estafettestokje van de oudere garde over te nemen. En ook de genereuze openheid naar de buitenwereld is intussen allang een feit. Een tour d'horizon, met een blik op de nieuwlichters en een aantal opvallende trends.

 

Gorky door Gorki

Luc De Vos is niet meer. Nu rest alleen nog ons archief, zoals dit artikel over Gorki uit 2007: 'In september lanceert de Ancienne Belgique REWIND. In deze concertreeks voeren Belgische groepen hun belangrijkste album integraal uit. Royalty in Exile (1990) bijt de spits af en brengt de The Scabs na ruim tien jaar even weer samen. Dan volgt Gorky (1992). Deze klassieker wordt echter niet door de originele bezetting vertolkt. Diepe waters scheiden zanger-gitarist Luc De Vos van drummer Geert Bonne en bassist Wouter De Schutter. 'Vosje' komt dus met de band die hij na het ontbinden van Gorky oprichtte. Maar kan Gorki Gorky ook tot leven brengen? En vooral: heeft De Vos daar echt zin in?'

Het spook van Marx. Een gesprek met Jaak Perquy, politiek secretaris van de KP.

Door het laatste KunstenFestivaldesArts waarde er een spook. Dat spook heette het communisme. Met Das Kapital. Erster Band zadelde het Duitse regisseurscollectief Rimini Protokoll zichzelf op met de onvervulbare taak om een van de meest invloedrijke economische traktaten uit de geschiedenis op scène te brengen. Dat roept uiteraard vragen op. Om na te gaan wat de theaterpraktijk zoal zou kunnen tonen aan de politieke praktijk trok ik op uitnodiging van rekto:verso met de politieke secretaris van de KP naar de voorstelling.

 

De verlichte architectuur

Het lijkt haast het obligate nieuwe schouwspel in de stad: flashy bouwsels, niet alleen door hun vormen, maar ook door hun verlichting. Het atomium schittert en knippert als nooit tevoren, glazen kantoortorens worden 's nachts omgetoverd tot kleurrijke games en verlichte monumenten geven iedere stad een beetje het gevoel Parijs achterna te kunnen gaan. Een Guggenheim neerpoten is niet altijd nodig, ook licht kan wonderen doen om de aandacht te trekken, naar het gebouw, én naar de stad. Niet alleen architectuur maar ook haar verlichting staat zo in voor de regeneratie van wijken en popularisering van ons patrimonium. Maar wat wordt er eigenlijk verlicht? En wat hebben die gebouwen daar dan bij te winnen?