Wouter Deprez

Vast

De rente stáát zo laag op dit moment, heeft het medelijdend gezicht van de bankbediende me net verteld, we hebben geen speelruimte, we zitten even vast als u. Eén boot waarin we beiden ronddobberen zonder roeispaan. De kapitein is onbekend, maar gegarandeerd onvriendelijk. Ze boetseert haar gelaatsuitdrukking tot het spiegelbeeld van mijn pijnlijk vertrokken gezicht. ‘We zitten even vast als u’, herhaalt ze, de ondertoon in haar stem vertelt hoe meelijwekkend vast dat wel is. Even vast als u, herhaalt mijn innerlijke stem bij elke stap naar huis.