‘We zitten met z’n allen in een auto, maar iedereen zit op de achterbank. Niemand weet wie er rijdt, of in welke richting.’ (Guy Gypens)
De Vlaamse kunstencentra beleven een identiteitscrisis, zo blijkt uit gesprekken met vijftien directe getuigen. Het probleem is niet zozeer dat de grenzen met werkplaatsen, stadstheaters, gezelschappen, alternatieve managementbureaus en culturele centra steeds troebeler worden. Wel dat die evolutie gepaard gaat met een gevoel van onzekerheid, kwaliteitsverlies en groeiende concurrentie. De kunstencentra lijden aan de invloed van neoliberale principes.