Too hot to handle?

Ooit waren erotiek en porno een ver en onbereikbaar goed. En het ontgroeningsritueel par excellence. Met knikkende knieën en een schijnbaar onberoerd gelaat een Playboy, of beter nog: Super 2000, in een krantenwinkel (laten) kopen. En dan met gloeiende oortjes en een stel andere ginnegappende pubers het kleinood koesteren als een trofee van levensbelang. Anno 2014 moet je je best doen om er niet mee in aanraking te komen. Die algemene toegankelijkheid leidde tot grotere lichamelijke openheid, maar bracht ook een niet te stoppen prestatiedwang met zich mee:  harder, better, more.

Porno en erotiek zijn vandaag overal: in kunst, in advertenties, in de pers, en, vooral, in de manier waarop we onze eigen lichamelijkheid denken. Niet alleen op het computerscherm, maar ook op het podium, zoals bijvoorbeeld de recente neoburleske-rage ons leert. En steeds opnieuw komen we uit bij die ene sleutelobsessie van onze tijd: ‘authenticiteit’. Van de money shot in porno (er is écht ‘genot’) tot de feestelijke lichamelijkheid van neoburleske (we voelen ons écht goed in ons vel). Maar geen van beide ontsnapt aan de eigen normering: alles is stijl.

60_Vanaas_!cid_42c98480-cec3-4340-a8b6-642dc3296952@eurprd04_prod_outlook.jpgPorno is letterlijk slechts a click away en dus voor iedereen overal en altijd beschikbaar. En ook al is pornografie sinds mensenheugenis de grootste en meest consistente uithoek van onze culturele verbeelding, toch lijkt er sinds het einde van de twintigste eeuw iets veranderd te zijn. In Impaled, een onthutsende real-life-kortfilm – te vinden op Destricted, een dvd met een zevental kunstenaarsbijdragen omtrent seks en pornografie – draait Larry Clark de codes van de pornofilm om: een onervaren jonge gast mag seks hebben met een ervaren porno-pro. Een aantal kids reageren op een advertentie en presenteren zich voor een mannelijke rol in een pornofilm. In het eerste deel van de film laat Clark ze aan het woord over liefde, lichamelijkheid en seks. Sommige jongens zijn openlijk misogyn en verdrinken in hun pantser van machismo, anderen zijn verlegen en onzeker. Maar allen zijn ze opgevoed door porno. En dus nemen ze wat eigenlijk conventies van een genre zijn als noodzakelijkheid: de liefde bedrijven, dat is een opeenvolging van (véél) atletische standjes, anale seks is standaard, net als triootjes, en je behandelt elkaar zoals porno-acteurs dat doen (‘you slut’, ‘harder’). En klaarkomen, dat doe je – uiteraard – op het gezicht van de vrouw waarmee je zonet gevreeën hebt. Waar anders?

Clark kiest er een van de jongens uit, een magere spriet met melancholische blik, en die mag vervolgens met de actrice van zijn keuze de hoofdrol spelen in zijn eigen pornofilm. Die Clark ons vervolgens met veel zin voor detail integraal voorschotelt. Dat laatste deel van Impaled is onthutsend en ontroerend tegelijk. We zien een jong gastje dat zijn eigen seksuele verbeelding mag beleven. Zijn lichamelijke beleving blijkt helemaal op de pornografische conventies afgestemd. En toch schemert in zijn blik ook ontgoocheling: zijn eigen fantasie blijkt hem niet het extatische genot te verschaffen dat hij had verwacht, hij heeft letterlijk een ‘nummertje’ afgewerkt, naar zichzelf kijkend met een blik volledig afgestemd op de codes van de mainstreampornografie.

Stripteasecultuur

Impaled laat zien hoe pornografie alomtegenwoordig is, hoe onze eigen lichaamsbeleving door die pornografische verbeelding gekleurd wordt. Expliciete representaties van seks zijn makkelijker toegankelijk, pornosterren zijn echte mainstreamberoemdheden. Voor porno hoef je niet meer naar achterstraatjes, het maakt deel uit van een massaconsumptiepatroon. Porno werd letterlijk ‘onttoverd’. En dus zijn er strings voor peuters, upperware parties voor huisvrouwen, is pole dancing in de eerste plaats fitness, zijn stripteaseen burleske een vorm van zelfexpressie, behoort een vibrator, a lady’s best friend, tot de standaarduitrusting van elk nachtkastje, en is ‘porn studies’ een legitieme academische bezigheid (sla er maar eens de erg interessante reader Porn Studies (2004), samengesteld door Linda Williams, op na). Porno is ‘chic’ en maakt deel uit van onze modecultuur (zie de Sisley-campagne van Terry Richardson).

Steeds opnieuw komen we uit bij die ene sleutelobsessie van onze tijd: ‘authenticiteit’

Die grotere zichtbaarheid geldt niet alleen voor pornografie, maar voor seks in het algemeen. Onze (westerse) cultuur lijkt steeds seksueler te worden, seks is een steeds belangrijker deel van onze sociale identiteit, en vooral van de manier waarop we die identiteit in het publieke domein beleven. In haar inleiding op de bundel Mainstreaming Sex (2009) stelt Feona Attwood dat die seksualisering innig verbonden is met een ander fenomeen: het slechten van de grenzen tussen de publieke en de private ruimte. We leven in een ‘striptease culture’ waarin we onszelf voortdurend onthullen en tonen, een vorm van publieke intimiteit waarin we realityprogramma’s nodig hebben om onszelf te zijn. Seks is lifestyle geworden, een integraal deel van onze recreatiecultuur, een middel om onze identiteit uit te drukken.

Ook onze pornografische verbeelding evolueerde mee: we willen echte mensen zien, echte lijven en authentiek genot. Geen botox of gecorrigeerde schaamlippen, geen oncomfortabele posities omwille van een expliciet camerastandpunt, geen theatraal gekerm, maar écht wellustig genot, ook voor de vrouwen in de film (vandaar ook de – mannelijke? – obsessie met authenticiteit: er komt nooit een visueel bewijs voor het vrouwelijke seksuele plezier). Pornografie draait niet langer om het respecteren van een aantal representatiecodes, maar om het aanwezig stellen van het eigen plezier – porno moet met andere woorden ‘authentiek’ zijn. Dat had bijvoorbeeld Muriel Scherre van La Fille d’O goed begrepen, die in 2009 de mooie (en bij momenten grappige) film J’fais du porno et j’aime ça maakte met échte lovers, echt zweet, echte zwoelheid.

Die evolutie van hardcore naar realcore (ik ontleen het woord aan Sergio Messina, een specialist van de rafelranden van de westerse pornografische verbeelding) plaatst porno in het epicentrum van onze mediacultuur die compleet geobsedeerd lijkt door elke vorm van zintuiglijke ‘authenticiteit’. Of hoe porno ook doorschemert in de culinaire rubrieken, het wellness-advies en zelfs de cultuurjournalistiek (een cultuurproduct moet ons in de eerste plaats dichter bij ons ‘authentieke’ zelf – en bij dat van de kunstenaar – brengen). Pornografie is niet langer – om Linda Williams te citeren – ob/scene (marginaal, duister, onzichtbaar), maar on/scene: het is een vorm van (zelf)expressie, (zelf)theatralisering en maakt dus de kern van onze postmoderne cultuur uit. Seks is dan ook in de eerste plaats een culturele praktijk geworden, waarin zelfstilering en erotische lichaamsbeleving steeds nadrukkelijker hand in hand gaan. Ook als het niet gaat over expliciete pornografie.

Twirl that tassel!

Een mooi voorbeeld van die alliantie tussen stijl en lichaam vinden we in de huidige neoburleske-rage die in het verlengde van de vele retromodes sinds een aantal jaren een steile opgang kent. Vrouwen (en soms ook mannen) grijpen terug naar het burleske theater dat eind negentiende eeuw ontstond en de hele twintigste eeuw een meestal ondergronds bestaan leidde, via specifieke clubcircuits, wedstrijden en fora allerhande.

60_Vanaas_!cid_9a7fb863-d6a1-48a9-91f2-1de9a7a5e505@eurprd04_prod_outlook.jpgMaar sinds een aantal jaren is het hek helemaal van de dam en kan je ook in Vlaanderen overal te lande terecht voor neoburleske soirees. Sommige organisaties, zoals Radio Modern, zijn zelfs uitgegroeid tot ware kmo’s van het neoburleske entertainment – geinige revues met veel glitter, pluimen en make-up, die steevast uitmonden in dezelfde – tada! – apotheose: ‘the twirling of the tassels’. Er zijn workshops, een vaktijdschrift (Burlesque), een echte school (New York School of Burlesque) en zelfs een heus handboek (The Burlesque Handbook van Jo Weldon). Miss Indigo Blue, Dita Von Teese, Julie Atlas Muz, The World Famous *BOB*, Bambi the Mermaid, Tamara the Trapeze Lady, Miss Dirty Martini, Miss Glitter Painkiller, Mimi Le Meaux, het zijn maar een aantal leukraak gekozen namen uit de steeds groter wordende grabbelton van vaak erg getalenteerde sterren binnen deze scene.

De neoburleske-revival kreeg voor het eerst voet aan wal binnen het New Yorkse clubcircuit, maar groeide de voorbije jaren uit van een speelse maar subversieve, grotendeels Angelsaksische undergroundcultuur waarin het vrouwelijke (en soms mannelijke) lichaam onderzocht werd op zijn kritische mogelijkheden, tot een geglobaliseerd mainstreamfenomeen, met de film Burlesque (2010), met onder meer Cher en Christina Aguilera, als voorlopig, nou ja, hoogtepunt.

In 1868 gaven Lydia Thompson and the British Blondes in het New York Theater het startschot voor de moderne burleske-beweging. Wat op het eerste gezicht een banale leg show leek, was in wezen een soort sociale parodie waarin alle rollen en conventies omgekeerd werden, waarin theatrale conventies belachelijk gemaakt werden, hoge en lage cultuur vrolijk door elkaar gehaspeld werden, en de culturele gewoontes van de hogere sociale klassen (opera, ballet, ernstig drama) met veel zin voor humor en overdrijving onderuit geschoffeld werden. Met een uitgesproken voorkeur voor verrassingseffecten, double entendre, glamour, extravagante kostuums en camp zetten de eerste burleske sterren de seksuele moraal van de late negentiende en de vroege twintigste eeuw meedogenloos te kijk. ‘Horrible prettiness’ zo schreef William Dean in 1869 over Lydia Thompson in The Atlantic Monthly. De vroege burleske sterren leken lak te hebben aan alles wat respect zou moeten afdwingen en straalden tegelijk een ongebreidelde seksuele appetijt uit (nog zo’n ‘mannelijk privilege’) – ze zijn too hot to handle. Artiestes als Bettie Page, Tempest Storm, Blaze Starr, Dixie Evans, Gypsy Lee Rose, Lily St. Cyr en vele anderen verzetten zich met hun performances tegen het burgerlijke ideaal van de gedweeë huisvrouw en creëerden tegelijk een zelfbewuste feminiene identiteit waarbij ze er niet voor terugdeinsden een aantal gemeenplaatsen te parodiëren.

De eerste neoburleske-artiesten belichaamden een ongecomplexeerde hypervrouwelijkheid, een uitbundige lichamelijkheid die lak had aan verwachtingen allerhande

De eerste neoburleske-artiesten, die zich expliciet op die erfenis beriepen en hun speelse praktijk vormgaven in alternatieve clubs en theaters, opereerden aanvankelijk vanuit een soort punkattitude en wilden onuitgesproken schoonheidsidealen zichtbaar maken en via een hyperbolische representatie parodiëren. In hun shows belichaamden ze een ongecomplexeerde hypervrouwelijkheid, een uitbundige lichamelijkheid die lak had aan verwachtingen allerhande. Ook lichamen die niet aan de klassieke normen beantwoordden, mochten objecten van lust en dus ook van macht zijn. Vandaag houden nog heel wat artiesten aan die kritische idealen vast. Groepen als the Chainsaw Brunettes, geregisseerd door Cookie Tuff, bevragen met hun ‘Burlesque Rubenesque’ expliciet normatieve schoonheidsidealen. Hun neoburleske shows zijn geen onschuldig entertainment, maar parodiëren de vrouwelijke identiteit zoals die door de maatschappij geconstrueerd werd, en affirmeren tegelijk, op speelse wijze, een andere, zelfbewuste feminiene identiteit die als authentiek ervaren wordt. Mannelijke fantasieën worden geparodieerd en tegelijk commercieel uitgebuit.

Business as usual?

En toch verloor de neoburleske-rage al snel haar kritische pluimen. Wat aanvankelijk als een ondermijnend spel bedoeld was, is opnieuw serious business geworden – neoburleske werd een volwaardige tak van de entertainment industry, met bookers, agents, stijliconen, te onderhandelen fees en te volgen modes. En dus staat niet langer de individuele lichamelijkheid van de performers centraal, maar moeten die lichamen, samen met hun verpakking, gestroomlijnd worden om te verkopen. In plaats van te verrassen, moet je proberen te beantwoorden aan het verwachtingspatroon van de kijker. Wat aanvankelijk een eigenzinnige subcultuur was, volgt thans gedwee de modes van het eigen systeem. Ook hier ging de ‘onttovering’ dus haar gang. Het kapsel moet juist zitten, kledij en maquillage worden in detail bestudeerd en vergeleken, bewegingen ingeoefend.

De ongebreidelde lichamelijkheid maakt opnieuw plaats voor hypergenormeerd gedrag

Jonge vrouwen, vaker wel dan niet hoogopgeleid, volgen burleske-klassen, leren hun haar in de juiste plooi leggen, en gaan in de weer met pasties. Niet in de eerste plaats om er plezier aan te beleven, maar om het te kunnen. En dus maakt de ongebreidelde lichamelijkheid opnieuw plaats voor hypergenormeerd gedrag. Wat rest, is enkel stijl. En prestatiedrang. Zelfs als men het woord ‘authenticiteit’ in de mond neemt. Ook de vrijgevochten, moderne vrouw ontsnapt niet aan de neoliberale eis die ons dwingt in het openbaar het beste van onszelf te geven (enkel in de publieke ruimte kan je presteren) maar die ons ook vervreemdt van onze eigen lichamelijkheid. En toch: op Vimeo kan je een filmpje bekijken waarin Michelle L’amour de vijfde van Beethoven begeleidt met haar bilspieren. Dichter bij de kern van burleske kan je niet geraken: hilarisch, erotisch en tegelijk heerlijk parodiërend en kritisch.

 

Karel Vanhaesebrouck doceert Theater- en Cultuurstudies aan de Université Libre de Bruxelles en aan het RITS, waar hij de theaterafdeling coördineert. Voorjaar 2014 publiceert hij bij uitgeverij Het balanseer samen met Jan Baetens Kleine Vlaamse Mythologieën.

Voor meer info over de geschiedenis van de burleske en neoburleske: Bernard Sobel, A pictorial history of burlesque, New York: Bonanza Books, 1956; Jacki Willson, The happy stripper. Pleasures and politics of the New Burlesque, Londen: I.B. Tauris, 2008.

 

^ Terug naar boven
 

Reacties

Post new comment

The content of this field is kept private and will not be shown publicly.
  • Web page addresses and e-mail addresses turn into links automatically.
  • No HTML tags allowed
  • Lines and paragraphs break automatically.

More information about formatting options

Als maatregel om geautomatiseerde spamrobotten tegen te gaan, vragen wij u het huidige jaar in te vullen. Op die manier kunnen we uw bericht onderscheiden van spam.
By submitting this form, you accept the Mollom privacy policy.