Is gezag gezien?

De Arabische Lente, de G1000, Occupy Wall Street, Indignados United: burgers verzamelen zich van onderuit tegen de politieke machten en het grote geld. Het lijken de late jaren 1960 wel, alleen schaart het moderne middenveld zich onder het spandoek van Twitter en Facebook. De burger geloofde al langer opnieuw in zichzelf, maar dat geloof richtte zich vooral op zijn eigen gelijk, zijn eigen rechten. Nu lijkt dat zelfvertrouwen te stollen tot een collectief: de basis, het volk, de ‘99%’. Wat hebben we samen te verdedigen?

Het is de massa tegen de macht. En over die verhouding willen we het in dit nummer hebben. Er was een tijd waarin haar uiterste polen de ‘top’ en de ‘basis’ heetten. Toen de zuilen nog spraken. Toen hiërarchie nog de vanzelfsprekende garantie was voor goed bestuur. Toen de televisie nog in staatshanden was, en Bildung haar geloofsmodel. Operadirecteur Gerard Mortier karakteriseert die tijden – in zijn dubbelgesprek met Ann Demeester, verderop in dit nummer – met een (niet opgenomen) anekdote over zijn vader, een bakker in de Gentse volkswijk de Muide. Toen de jonge Wilfried Martens hem ooit de hand kwam schudden in de bakkerij, werd hij kwaad: politici moeten bezig zijn met politiek, vond vader Mortier, niet met handjes geven aan de mensen. Ja, de verticale maatschappij: dat waren nog eens tijden.

Als de jaren 1960 iets in beweging hebben gezet, dan is het wel de nieuwe horizontale samenleving. Van hun strijd tegen elke autoriteit, hun appel voor een ware democratie, plukken we nu de volle vruchten. Ze smaken al eens naar populisme. Er wordt vandaag bestuurd vanaf de grond: vanuit het gelijk van de man in de straat, de kiezer in zijn hok, de leerling in de banken, de klant in de winkel, het publiek in de zaal, de lezer achter zijn krant. De fundamenten van onze horizontale netwerkmaatschappij zijn dan ook gebouwd op het internet: daar heeft iedereen gelijk, omdat hij zíjn gelijk heeft. Zo was de klant al koning, nu zijn ook de kiezer en de kijker het. Soms lijkt het alsof in dat streven naar gelijkheid alle hogere doelen gesneuveld zijn. Horizontaal heet het ideaal. Plat is de praktijk.

Maar is dat wel zo? Strijkt ‘horizontaliteit’ alle plooien glad, of warmt ze juist nieuwe tegenstellingen op? Nina Power – what’s in a name? – stelt in haar openingsessay: ‘Eigenlijk houdt geld, de meest universele uiting van "gelijkheid", een verborgen verticaliteit in stand.’ Ook de video-installatie What’s democracy? van Oliver Ressler doet je beter kijken naar alle schijn van gelijkmatigheid. De democratie lijdt niet zozeer aan nationale verlossers als Wilders, opperen zijn video’s, maar aan onze reductie van het begrip ‘democratie’ tot de politieke organisatie van de natiestaat. Hebben we niet evenzeer nood aan een economische democratie? Dat is precies wat bewegingen als Occupy Wall Street onder de aandacht brengen: volg je de koers van het geld, dan is deze planeet verre van plat.

DE CREATIEVE MASSA

De centrale as van de traag wentelende cultuur heet gezag. In dit nummer stellen we scherp op net die autoriteit en haar tanende overtuigingskracht. Niet enkel in de politieke, maar ook in de culturele sfeer. Publieke intellectuelen als de Britse historicus Simon Schamaworden schaarser, stelt Karel vanhaesebrouck, omdat hun academische voedingsbodem nu heel andere normen hanteert. ‘Culturele elite’ is een scheldwoord geworden, bevestigen Gerard Mortier en Ann Demeester in hun dubbelgesprek. En ook de kunstcriticus ziet zijn klassieke autoriteit bedreigd door de ‘barbarij’ van bloggers. Hoe gaan we daarmee om? Radicaal de ‘dictatuur van de kunst’ uitroepen, zoals de Duitse performanceartiest Jonathan Meese doet, lijkt meer een gimmick dan een constructief voorstel. De tijden hou je niet tegen.

En wat als je met die tijden meedenkt? ‘Horizontalisering’ opent nieuwe mogelijkheden, zoals de G1000 en andere burgerinitiatieven leren. Als je genoeg mensen met hun eigen gelijk weet te verzamelen rond een gedeeld project, heet het algauw gelijkheid: het principe van de ware democratie. Zelfs in de kunsten, met hun heilige geloof in de autonomie van het creatieve individu, kan dat lukken. Zo zijn steeds meer films en muziekvideo’s het resultaat van crowdsourcing: gemaakt met beelden die werden aangeleverd door het publiek zelf. Sikko Cleveringa ziet dan weer dat ook vanuit de community arts het idee van cocreatie opgang maakt. Er komen andere, boeiende tijden aan.

Gaat het traditionele gezag van creatieve geesten daarbij voorgoed verloren? Of is dat maar een fabeltje? En moet creatieve autoriteit in deze horizontale samenleving alleen een meer bemiddelende functie leren spelen? De slotsom van ons dossier laten we over aan jou. Is autoriteit out, is gezag gezien? Jij hebt altijd gelijk. En wij staan voor de volle 99% achter jou.

^ Terug naar boven
 

Reacties

Post new comment

The content of this field is kept private and will not be shown publicly.
  • Web page addresses and e-mail addresses turn into links automatically.
  • No HTML tags allowed
  • Lines and paragraphs break automatically.

More information about formatting options

Als maatregel om geautomatiseerde spamrobotten tegen te gaan, vragen wij u het huidige jaar in te vullen. Op die manier kunnen we uw bericht onderscheiden van spam.
By submitting this form, you accept the Mollom privacy policy.