De ware troubadour van de lage landen

Anno 2007 zijn er nog altijd platenboeren die het vermogen om Stef Bos in hun bakken onder te brengen bij 'Nederlandstalig chanson'. Áls ze zijn oeuvre al in permanente voorraad houden, want alfabetisch verwante traanklieren als Frans Bauer of Clouseau verkopen natuurlijk nog altijd een stuk beter. Ook door de andere zijde, door alterno's van muziekfans met steeds nauwer wordende slakkenhuizen, wordt Bos verdrukt. Te zeem, te zoet, te makkelijk. 'Dit is het land van bange doven, waar een eenoor koning is', antwoord ik daar met hemzelf op. In mijn rek hoort hij in het vak van de Grote Drie, tussen Bram Vermeulen en Herman Van Veen.

'Deze woorden zijn mijn waarheid, in een oorlog met de tijd.
Het meeste gaat verloren, het meeste raak je kwijt.
Maar deze liefde blijft mij bij.'
('Honfleur', 1995)

Waar kent u 'm van, vraag ik. Maar ik weet het antwoord al: van 'Papa', die grijze meezinger waarin Stef Bos een appeltje 'schrilt' met zijn vader: 'vroeger kon je streng zijn, en god ik heb je soms gehaat'. Vaak is van Bos sr. dan ook de gereformeerde opvoedingspraktijk aangehaald als verklaring voor waar Bos jr. zich in al zijn liedjes tegen afzette. Zijn allereerste hit, 'Gek zijn is gezond' in 1990, bevestigde dat plaatje. Zo hard had deze blonde Hollander zich tussen 1984 en 1988 op Studio Herman Teirlinck uit het keurslijf van zijn Veenendaalse jeugd weten los te scheuren, dat hij meteen de clown ging uithangen. In 1994 klonk 'Pepermunt' (ofte 'de gereformeerde hostie' op Vuur) zo mogelijk nog erger. Een poging tot funny rock wordt, in een taal die zich daar niet toe leent, natuurlijk vanzelf carnaval. Rooie neuzen peperkoek. Het deed Stef Bos in het publieke bewustzijn voorgoed vastgeprikt worden als een vrolijke vlinder, één met fladderende toetsen als van een ritmische trekzak, pretmuziek voor in parochietenten na de twaalf kerkslagen van middernacht.

Maar die naïef opbeurende kant van Bos is niet alleen niet zijn beste (vergeet 'De radio'), het is ook niet zijn meest authentieke. Veel crucialer is de pósitieve erfenis die hij meedraagt uit het geloofsnest waar hij zich van afkeerde: zijn oprechte verontwaardiging om 's werelds onrecht. Ga ik van dat geitenwollensokkengetokkel bij vaderlandse protestzangers als Boudewijn De Groot of Willem Vermandere enkel rillen, van Stef Bos pik ik het. Neem 'De figuranten' op Tussen de liefde en de leegte (1992), over de gekwetste massa's die nooit de jaaroverzichten halen: keer op keer schiet ik daar bij vol. Het verschil? Niet alleen de slepende strijkers en de geëngageerde pianoaanslag, maar de persoonlijke motivatie die uit Bos' stem spreekt. Hij vertrekt van zichzelf, en is niet te beroerd om daar passioneel in door te gaan. Zoals in 'Mijn stad', waar hij ruim tien jaar voor 0110 elke muzikale berekening laat ontaarden tegen de verrechtsing in zijn geliefde Antwerpen. Hij zingt zich hees, hij méént het. En dat maakt hem zoveel meer dan de zangzegenende dominee waar hij voor doorgaat.

Niet dat ik dat cliché niet begrijp. Waar Herman Van Veen en vooral Bram Vermeulen hun zorgzaamheid voor de kleine man weten te vatten in machtige miniatuurtjes over één zo'n exemplaar ('Guigui' van Van Veen, of 'Meneer Van de Velde' van Vermeulen, telkens over een eenzame man die vervolgd wordt door een ver oorlogstrauma), omarmt Stef Bos vanuit een bijna olympisch perspectief hele horden, al dan niet uitzichtlozen. 'Arme schapen, hoor ze blaten, zo verschrikkelijk alleen.' Hij zoekt op het randje van moralisme een veel universelere en meer existentieel-filosofische aanspraak, hoewel zijn mooiste songs hier toch net die paar anekdotische menselijke portretten blijven. Luister naar 'Te groot voor woorden' of 'De nachtwaker', en je leert een heel andere kleinkunstenaar kennen dan die van het schetterende 'Wodka': een singersongwriter die bijna filmisch zijn zachte tenor en zijn simpel beeldende pen(seel) leent aan wie onzichtbaar blijft of nooit wordt gehoord.

HET ARME LEVEN

Al zijn we Bos' gereformeerde opvoeding nu fors aan het overdrijven. Papa's invloed ligt eigenlijk elders: hij was horlogemaker. Als er één reden is waarom ik in de vroege jaren 1990 mijn allereerste cd kocht omdat de naam van zijn zoon erop prijkte, dan wel net om het vervloeiende tijdsbesef dat uit dat exotisch blinkende schijfje kwam waaien. De ware Stef Bos, én de allerbeste, is de licht mistroostige nostalgicus. Hij mijmert langs de rimpels van het heden terug naar hun bron in het verleden, en vist onderweg wat er verloren is gegaan. 'Jardin de Luxembourg', op de dubbele cd De onderstroom uit 1999, is wat dat betreft bij het gevoeligste dat het Vlaamse lied ooit heeft voortgebracht. Elke modieus-melodieuze deining is hier tot rust gekomen, in een bijna fluisterend parlando tussen de kieren van een gerijpt bedaarde pianotoets. Die stilstand kristalliseert zich uit in een groepsfoto van een klasuitstap naar Parijs, vijftien jaar eerder. 'En de denker staat afwezig daar / te staren naar de hemel / Hij speelt met een gedachte / over tijd en eeuwigheid / Hij had talent, was voorbestemd / een meesterwerk te schrijven / Maar de beste gaan het eerste / Wij zijn het schuim dat overblijft.' Verlies, vergankelijkheid, gemis, ofte de onvolkomenheid van het nu bij wat je ooit droomde: het heeft zich sinds 'Is dit nu later?' op Bos' gelijknamige debuutcd alleen maar verdiept, tot deze uiterst sobere tweede disc van De onderstroom. Hier klinkt de Jeff Buckley van de Lage Landen. Er is geen plaat die zich meer leent voor eenzame nachten thuis.

Want de melancholie van de ware Stef Bos is geen duistere gevangenis van verleden, maar een open veld met zicht op de toekomst. Er blijft altijd de horizon. En dat is niet zomaar een makkelijk metafoortje. Dé rode draad door het werk van Stef Bos is zijn ongeworteldheid, zijn nachtbrakerij, zijn overal en nergens thuishoren. 'Ik ben geboren als een zwerver / Ik ben maar even hier / Ik ben een rivier', zong hij al in 1992. Dat nomadisme zou niet alleen door zijn songs blijven stromen (zie al zijn stadsportretten, van Berlijn tot Barcelona), ze werd ook werkelijkheid. Nog voor Tom Lanoye of Bert Anciaux Zuid-Afrika wisten liggen, had Bos er al een pied-à-terre, en hij liet er vanaf Vuur zijn eigen muziek door besmetten. Noem graag een andere Vlaamse zanger die zo kosmopolitisch denkt, behalve Eddy Wally. Bij Stef Bos gaat het om een filosofie, een bijna boeddhistisch antimaterialisme. Zo schoor hij midden de jaren 1990 zijn schoonzooncoupe af, en werd een vrij monnik: 'Het is tijd om los te laten wat je hebt, dan heb je niets te verliezen'. Het klinkt doodsimpel, maar het treft door zijn gebalde waarheid en zijn appel aan het arme leven. Als ik ooit op een dag uit de hele klotezooi stap, zal het met Stef Bos tussen mijn oren zijn.

Net dat is wat muziek meer zou moeten doen: zijn kracht om emotioneel te raken, aanwenden om deuren open te zetten in de menselijke toestand, en een uitweg te wijzen. Gekke Herman en schurende Bram zijn muzikaal misschien betere artiesten, maar ze blijven je vooral verzoenen met wat er wel of niet is. Stef Bos betoogt. Niet als een preker, of met slogans, maar vanuit een persoonlijk verlangen naar een andere tijd, een andere plaats. Het maakt hem tot de ware troubadour van de Lage Landen: soms onderhoudend als een kermisklant, veel vaker harten jagend met maar één simpel instrument. En dan weer verder, de nacht door naar een ongewisse ochtend. In tijden van debatten rond pensioensparen en machtige immobiliën vind ik dat een betekenisvol gebaar. En het blijft wars van elke ironie, ook in die zin maakte de Stef Bos van de jaren 1990 mee de tijd van vandaag. Vergeet de clown, hoor de zoeker. Wat hij vindt, is ongezocht. 

^ Terug naar boven
 

Reacties

Post new comment

The content of this field is kept private and will not be shown publicly.
  • Web page addresses and e-mail addresses turn into links automatically.
  • No HTML tags allowed
  • Lines and paragraphs break automatically.

More information about formatting options

Als maatregel om geautomatiseerde spamrobotten tegen te gaan, vragen wij u het huidige jaar in te vullen. Op die manier kunnen we uw bericht onderscheiden van spam.
By submitting this form, you accept the Mollom privacy policy.