De boom is scheef gegroeid

Voor het progressieve kamp waar we allen toe menen te behoren, gelden conservatieven weleens als het enige obstakel tussen ons en het geluk. Het kan dan ook nuttig zijn wanneer een boek ons herinnert aan wat het conservatisme als denkstroming inhoudt. Hoewel, gaat het hier wel om een volwaardige filosofie? Dat is niet duidelijk als je Het conservatieve denken van historicus en filosoof Jelle Dehaen leest.

In zeven gesprekken met ‘conservatieve denkers’ – het zijn er maar zes, Annelien de Dijn wordt als historica geïnterviewd over aartsvader Edmund Burke, maar noemt zichzelf niet conservatief – overloopt Dehaen evenzoveel manieren om als zelfverklaard conservatief aan het publieke debat deel te nemen. Maar de vijf heren en één dame blijken met zulke andere zaken bezig dat je je afvraagt of het niet meer een verzamelnaam is voor diverse vormen van verzet tegen al even diverse politieke, culturele of economische tendensen.

Wat een essentie uitmaakt van het conservatieve mensbeeld, is de overtuiging dat de mens en de culturen die uit hem ontstaan, altijd imperfect zijn

Wat in ieder geval een essentie uitmaakt van het conservatieve mensbeeld, is de overtuiging dat de mens en de culturen die uit hem ontstaan, altijd imperfect zijn, en dat het gevaarlijk is die perfectie te willen betrachten. Een progressief speurt de samenleving af naar onrecht, en stelt vervolgens maatregelen voor om die tegen te gaan: maak racisme strafbaar, hervorm het onderwijs zodat het geen ongelijkheid meer reproduceert, versnel de Europese eenmaking zodat burgers zich niet meer opsluiten achter de muren van hun nationale identiteit …

Welkome reality check

De twee interessantste denkers die in dit boek aan het woord komen, filosoof Herman De Dijn en Nederlands columnist Thierry Baudet, halen de illusie onderuit dat je iedere weeffout in de samenleving kan herstellen. Wie weet creëer je er enkel nieuwe? ‘Er zit zoveel kennis en praktijkervaring in de manier waarop docenten al heel lang lesgeven’, zegt Baudet. Onderwijshervormers ‘vergeten vaak die spontaan gegroeide cultuur die door hervormingen onherroepelijk stuk wordt gemaakt’. Die cultuur laat zich hoe dan ook niet zomaar omgooien, omdat mensen niet met een druk op de knop anders gaan denken. Verbied mensen racistisch te zijn, en ze worden nog racistischer. Verplicht ze op te gaan in een Europese gemeenschap, en ze klampen zich nog harder vast aan hun nationale identiteit.

66_Naegels_Dehaen, Jelle. Het conservatieve denken_380.jpg

Het conservatisme vormt zo een welgekomen reality check tegen hen die aldoor lopen te jammeren dat de boom is scheef gegroeid, en dat hij met alle geweld kaarsrecht moet staan. Al maakt dat het wel tot een reactieve stroming: éérst moeten hervormers voorstellen om iets te veranderen, dán pas kan de conservatief zeggen: ‘Ja maar, ho ho.’

Dat reactieve leidt er helaas ook toe dat conservatieve polemisten hun tegenstander – de archetypische progressief – als machtiger, gevaarlijker en alomtegenwoordiger (moeten) gaan voorstellen dan hij is. Dat zien we bij de minder interessante denkers uit dit boek, zoals Theodore Dalrymple, die ook hier weer als ‘de geestelijke vader van Bart De Wever’ wordt verkocht. Andermaal bewijst Dalrymple dat hij niet meer is dan een Jeremy Clarkson voor intellectuelen: een balorige amateursocioloog die alles wat hem ergert, doorrekent aan ‘links’ en bij wie iedere anekdote symptomatisch wordt voor de staat van de cultuur (‘Als ik mijn vrienden vraag wie ze zouden kiezen voor een job, een Brit of een Pool, dan kiezen ze de Pool omdat die beter Engels spreekt en beleefd is en nog hard wil werken!’).

Evenmin bijster overtuigend klinkt de Amerikaanse literatuurwetenschapster Elizabeth Kantor, die maar doorgaat over een niet bij naam genoemde radicale feministe die in Shakespeare enkel vrouwenonderdrukking leest. Kantor lijkt compleet over het hoofd te zien dat Shakespeare – anders dan in vorige eeuwen – zowel in academische als in theatermiddens een goddelijke status geniet. Wat betekent dat die maffe marxisten toch niet zo’n succes hebben gehad met het vernietigen van de canon.

Het is dé paradox van het conservatisme. In essentie is het een antiradicaal, antirevolutionair gedachtegoed, dat volhoudt dat menselijke culturen zich niet laten dwingen. Maar in plaats van de bestaande cultuur, waarin ze zelf leven, dan ook te zien als een product van die geleidelijkheid, een imperfect tussenstadium van eeuwen westerse geschiedenis, móét die worden voorgesteld als een unieke breuk met de traditie, gedomineerd door radicalen – anders heeft hun conservatisme geen zin.

Merknaam zonder lading

En hier is nog een paradox. Conservatieven gaan uiteindelijk verdedigen wat ze ooit hebben bestreden. Veel van de veranderingen, die door progressieve radicalen op de agenda werden gezet, gaan na verloop van tijd deel uitmaken van de mainstreamcultuur, en vervolgens van de traditie. Zoals vrouwenrechten, die in dit boek door Paul Cliteur worden geroemd als een van de fundamentele westerse waarden waar we geen duimbreed op mogen toegeven. Zelfs Kantor bejubelt het feit dat de westerse cultuur erin geslaagd is de slavernij en de segregatie achter zich te laten – maar wie heeft daarvoor gezorgd, als het niet die maffe radicalen van toen waren? Een realistische kijk op de geschiedenis leert net dat culturen evolueren door een samenspel van progressieve en conservatieve dynamieken. De progressief geeft de aanzet tot verandering, de conservatief houdt over wat een samenleving kan hebben.

Conservatieven gaan uiteindelijk verdedigen wat ze ooit hebben bestreden

Het is daarom jammer dat Het conservatieve denken de denkers die erin het woord krijgen, niet nadrukkelijker binnen die complexe politieke dynamiek plaatst. Sowieso is het niet duidelijk waarom precies díé zeven figuren – twee Amerikanen, twee Nederlanders, een Brit, twee Vlamingen – gekozen werden. Opvallend vaak benadrukken ze dat het conservatisme in zijn oorspronkelijke vorm (dat van Burke) niet meer bestaat, of dat er nauwelijks conservatieven in de politiek zitten, of net dat ze over verscheidene partijen verspreid zitten.

Wie het hedendaagse Vlaamse politieke landschap overschouwt, moet inderdaad vaststellen dat dat weliswaar sterk gepolariseerd is, maar dat de twee subculturen aan weerszijden van de Grote Vlaamse Breuklijn elk zowel progressieve als conservatieve strijdpunten verdedigen. Subcultuur X, in de omgang ‘links’ genoemd, strijdt voor een economie op mensenmaat, een sterke rol voor solidariteit en het middenveld, en waardering voor hoge kunst als drager van schoonheid, die intrinsieke waarde bezit. (Conservatief, dus.) Tegelijk gelooft men in de mogelijkheid van een kosmopolitische identiteit, heeft men weinig oog of zelfs minachting voor de vervreemding die migratie met zich meebrengt, maar wel respect voor seksuele en culturele minderheden. (Progressief, dus.) Subcultuur X’, in de omgang ‘rechts’, bouwt zijn identiteit dan weer op met de tegenovergestelde mix van waarden.

De inhoudelijke samenhang tussen die stellingnamen is mij niet altijd duidelijk. Soms lijkt het alsof onze overtuigingen deel zijn gaan uitmaken van een breder pakket aan levensstijlkeuzes en culturele identiteiten, die bij elkaar zijn gaan horen en elkaar oproepen. ‘Conservatief’ en ‘progressief’ zijn dan merknamen geworden. Ik weet precies welke meningen ik moet verdedigen om geaccepteerd te worden in subcultuur X of X’, en welke baan en bril daarbij horen. Maar waarom dat zo is, kan niemand nog uitleggen.

Ook Het conservatieve denken niet. Dit boek biedt ons zeven stemmen, die elk hun eigen versie geven van wat zij ‘conservatisme’ noemen. Dat is soms boeiend, en soms bevestigen ze het cliché dat conservatieven malloten zijn. Maar wat het me kan leren over de cultuur waarin ik leef, en hoe die geworden is tot wat ze is, wordt onvoldoende uitgewerkt.

 

Tom Naegels is auteur, columnist en ombudsman van De Standaard.

Jelle Dehaen, Het conservatieve denken, Antwerpen: Houtekiet, 2015.

^ Terug naar boven
 

Reacties

Post new comment

The content of this field is kept private and will not be shown publicly.
  • Web page addresses and e-mail addresses turn into links automatically.
  • No HTML tags allowed
  • Lines and paragraphs break automatically.

More information about formatting options

Als maatregel om geautomatiseerde spamrobotten tegen te gaan, vragen wij u het huidige jaar in te vullen. Op die manier kunnen we uw bericht onderscheiden van spam.
By submitting this form, you accept the Mollom privacy policy.